Stel je voor: iemand bezoekt jouw website. Die persoon klikt rond, bekijkt producten, vult misschien een formulier in of koopt iets. Al die acties zijn waardevol voor jou als website eigenaar. Maar om die acties goed te kunnen meten, moet je die informatie ergens verzamelen. Dat doet de dataLayer. De dataLayer pakt alle relevante gegevens en stopt ze in een georganiseerd pakketje. Denk aan de naam van een product dat iemand bekijkt, de prijs, welke taal de website gebruikt, of wat voor type pagina het is. Deze informatie wordt netjes gestructureerd en beschikbaar gemaakt voor andere systemen.
Een simpel voorbeeld ziet er zo uit:
javascript
window.dataLayer = window.dataLayer || [];
window.dataLayer.push({
'event': 'page_view',
'pageCategory': 'productpagina',
'productName': 'Hardloopschoenen',
'productPrice': 79.95
});
Hier wordt een 'page_view' event toegevoegd met extra informatie over het product wat op deze pagina bekeken kan worden.
Zonder dataLayer is het alsof je alle informatie over je website bezoekers uit verschillende kastjes en laatjes moet halen. Dat is rommelig en gaat vaak fout. Met een dataLayer heb je alles op één plek staan, netjes georganiseerd. Google Tag Manager zou anders alle gegevens uit je website code moeten vissen. Dat is lastig, foutgevoelig en vergt veel technische kennis. Met een dataLayer kan zelfs iemand zonder programmeervaringen betrouwbare data verzamelen. Het maakt je ook veel flexibeler. Wil je een nieuwe marketingcampagne starten en andere conversies meten? Dan pas je gewoon de dataLayer aan en hoef je niet de hele website te verbouwen.
De dataLayer is meestal een JavaScript lijst. Elke keer dat er iets belangrijks gebeurt op je website (nieuwe pagina laden, klikken op een knop, aankoop doen), wordt er een nieuw stukje informatie toegevoegd met dataLayer.push()
. Google Tag Manager houdt constant in de gaten of er nieuwe gegevens bijkomen. Zodra het een 'event' ziet, kan het daarop reageren door bijvoorbeeld data naar Google Analytics te sturen. Belangrijk is dat de dataLayer geladen wordt voordat Tag Manager zijn werk doet. Anders mist Tag Manager belangrijke informatie. Wil je meer te weten komen, lees hier dan verder over waarom je een dataLayer nodig hebt.
Een dataLayer aflezen is makkelijker dan je denkt. Open de ontwikkelaarstools van je browser (F12) en ga naar de Console tab. Type daar dataLayer
en druk op Enter. Je ziet dan alle gegevens die er tot nu toe in zijn gestopt. Elke keer dat er een event plaatsvindt, wordt er een nieuw object toegevoegd aan de lijst. Je kunt door deze lijst scrollen om te zien wat er allemaal is vastgelegd. Elk object bevat informatie zoals het type event, paginagegevens, productinformatie of gebruikersacties. In Google Tag Manager kun je ook de Preview modus gebruiken. Dan zie je in real time welke events worden getriggerd en welke gegevens er worden doorgegeven. Dit is handig om te controleren of alles goed werkt voordat je tags live zet. Lees verder over hoe je een dataLayer af kan lezen.
Een dataLayer event is eigenlijk een signaal dat er iets gebeurd is op je website. Het is als een belletje dat afgaat om te zeggen: "Let op, er is zojuist iets belangrijks voorgevallen!". Elke keer dat een bezoeker een actie uitvoert, wordt er een event naar de dataLayer gestuurd. Dit kan van alles zijn: een pagina die geladen wordt ('pageview'), iemand die op een knop klikt ('button_click'), een formulier dat wordt ingevuld ('form_submit'), of een aankoop die wordt gedaan ('purchase'). Het event zelf is vaak gewoon een naam, maar er worden meestal ook extra gegevens meegestuurd. Bij een 'purchase' event krijg je bijvoorbeeld ook de productnaam, prijs en aantal mee. Google Tag Manager luistert constant naar deze events en kan dan automatisch acties uitvoeren, zoals het versturen van conversiegegevens naar Google Analytics. Wil je meer hierover lezen, lees dan verder over wat een dataLayer event is.
Begin met nadenken: wat wil je precies meten en welke gegevens heb je daarvoor nodig? Maak een overzicht van alle datapunten die je wil verzamelen. Werk samen met je ontwikkelaars om dit in de website te bouwen. Let op deze punten:
Een goed opgezette dataLayer bespaart je later veel tijd en voorkomt fouten.
Bij AdPage hebben wij voor WooCommerce, Shopify, Magento en Lightspeed een eigen dataLayer ontwikkeld waar ook de marketing- en gebruikersinformatie uit op te halen is die nodig is voor de attributie van analytische en marketing kanalen. De reden dat wij die in de dataLayer terug laten komen is zodat je vanuit de Google Tag Manager web container bepaalde marketing-IDs kan overschrijven die nodig zijn om met webhooks te kunnen werken. Wil je weten hoe je zelf de AdPage dataLayer en webhooks instelt, volg dan onze documentatie over het opzetten van onze dataLayer en webhooks.
Een dataLayer is de brug tussen wat bezoekers doen op je website en wat jij wil meten. Het maakt online tracking overzichtelijk, flexibel en betrouwbaar. Zonder dataLayer event pushes is goede tracking opzetten een nachtmerrie vol fouten. Met een dataLayer wordt het analyseren van campagnes, meten van conversies en begrijpen van gebruikersgedrag veel makkelijker. Voor iedereen die serieus bezig is met digitale marketing of webanalyse is een goed ingerichte dataLayer eigenlijk onmisbaar. Het lijkt technisch, maar het is gewoon een slimme manier om gegevens te verzamelen en door te geven.
Om te controleren of je een datalayer op je website hebt, kun je de browserconsole openen (via element inspecteren) en dataLayer
intypen. Als je een resultaat krijgt (bijvoorbeeld een array met objecten), dan is er een datalayer aanwezig. Een datalayer wordt vaak gebruikt in combinatie met Google Tag Manager om data over gebruikersinteracties door te geven. Staat er "undefined" of een foutmelding, dan is er geen datalayer geïmplementeerd. Je kunt ook kijken in de broncode van je site naar scripts die dataLayer.push()
bevatten.
Een dataLayer is een gestructureerde JavaScript-array die specifiek bedoeld is voor het verzamelen van gegevens die tools zoals Google Tag Manager kunnen gebruiken. Je “pusht” data in de array, zodat GTM ze direct kan uitlezen en verwerken. Gewone JavaScript-variabelen zijn daarentegen losse gegevens in de code die niet automatisch zichtbaar zijn voor GTM of andere tagmanagementsystemen. Het voordeel van een dataLayer is dat hij consistent, uitbreidbaar en event-gedreven is. Dit maakt het makkelijker om data centraal te beheren en flexibel te reageren op gebruikersacties, zonder steeds in de broncode te hoeven sleutelen.
Ja, je kunt meerdere dataLayer events op één pagina sturen. De dataLayer is een array waarin je met dataLayer.push()
objecten kunt toevoegen. Dit is handig om verschillende gebeurtenissen (zoals klikken, formulierinzendingen of scrollacties) naar Google Tag Manager (GTM) te sturen. GTM luistert naar deze events en kan daarop reageren met tags, zoals trackingpixels of analytics-events. Er is geen limiet aan het aantal pushes per pagina, zolang je structuur en naamgeving duidelijk blijven. Zorg ervoor dat elk event een duidelijke naam (event: "naam"
) bevat zodat GTM ze goed kan herkennen.